Gaan met die banaan!
De Primo schoolgebouwen zijn gesloten en de komende weken blijven de klassen leeg, maar online bruist het onderwijs meer dan ooit. Liesbeth Polman, ICT-coördinator op basisschool Het Kleurrijk, beschrijft hoe zij en haar collega’s het lesgeven in coronatijd hebben opgepakt.
Door de redactie
Net als bij alle andere leerkrachten van Primo Schiedam begint de werkdag van Liesbeth Polman anders dan anders. Al twintig jaar is ze werkzaam op Het Kleurrijk en start ze schooldagen samen met leerlingen en collega’s. Nu de schooldeuren vanwege de coronamaatregelen gesloten blijven, begint ze `s ochtends thuis samen met haar gezin. Eerst checkt ze haar mail, dan gaat ze ontbijten, de hond uitlaten en helpt ze als thuis juf haar negenjarige zoon opstarten met zijn schoolwerk. Daarna gaat de computer aan en is ze bereikbaar voor collega’s die hulp nodig hebben met het online werken.
Liesbeth: “In het begin was het toch schrikken: Wat gaan we doen? Wat voor onderwijs gaan we geven? Maar ik ben trots op hoe snel we met collega’s van dat ‘o jee’-gevoel zijn overgestapt naar praktische oplossingen. Als iemand zegt: ‘help, ik ben niet goed met computers!’ Hoppa, dan staat er iemand anders klaar om te helpen. Iedereen gaat positief aan de slag en heeft een gevoel van ‘gaan met die banaan’. Maar ook de ouders en kinderen pakken alles snel op. Daar word ik blij van!”
Online aan de slag
Het was overschakelen. Een aantal leerkrachten was heel flexibel en pakte alles snel op, anderen hadden wat meer hulp nodig. Liesbeth springt wanneer nodig bij met uitleg over apps als Google Classroom, geeft tips over hoe je videobelt met leerlingen, gaat op zoek naar handige filmpjes, enzovoorts. Zo probeert ze haar collega’s zoveel mogelijk te ondersteunen. Maar ze staat ook paraat als leerlingen inlogproblemen hebben, bijvoorbeeld omdat ze hun wachtwoord zijn vergeten, of als er andere brandjes te blussen zijn.
Liesbeth: “In de groepen 6 tot en met 8 werkten de kinderen al met Mijn Omgeving Online en methodes als Snappet. Daarmee hebben ze via één portaal toegang tot alle programma’s. Daar konden ze thuis vrij makkelijk mee doorgaan. De grootste uitdaging lag eigenlijk in het ervoor zorgen dat ze allemaal met een wachtwoord konden inloggen. We hebben ouders gevraagd om op de eerste woensdag langs te komen op school om werk en wachtwoorden op te halen. Dat verliep allemaal goed.
Voor de lagere groepen hebben we andere oplossingen bedacht. Met die kinderen werken we bewust nog veel uit boeken. Zij kregen daarom werkboekjes en werkbladen mee en de leerkrachten hebben Yurls-pagina’s gemaakt met tips en filmpjes. Daarop kunnen ouders makkelijk linkjes aanklikken, bijvoorbeeld naar de filmpjes waarin de juf de kinderen voorleest.
Een aantal leerlingen dat thuis geen computer of tablet had, heeft van ons een Chromebook te leen gekregen. Wel met een contractje, zodat ze er netjes mee omgaan. We zijn nu aan het inventariseren of er gezinnen zijn waarbij veel kinderen op één apparaat moeten werken. Als dat zo is, kunnen zij ook een extra device bij ons lenen.”
Starten met instructielessen
“Afgelopen weken hebben we vooral veel herhalingswerk gegeven, maar vanaf volgende week gaan we starten met de eerste instructielessen. De kinderen bellen daarvoor in via Google Hang Outs. Daarnaast maken we instructievideo’s die we verspreiden via YouTube en Parro, de app waarmee we communiceren met ouders. We maakten soortgelijke filmpjes al voor de onderbouw, maar nu gaan we daar langzaamaan ook mee beginnen voor de bovenbouw.
Collega’s hebben de keus of ze hun lessen vanuit huis geven of vanuit hun klaslokaal. Het enige waar ze rekening mee moeten houden is dat we niet alle lessen op hetzelfde moment kunnen geven. We hebben een schema opgesteld, zodat gezinnen met meerdere kinderen niet in de knel komen. Soms is er maar één computer of device en daar kunnen ze niet allemaal tegelijk gebruik van maken. We hebben ook privacy-afspraken gemaakt. Als kinderen of hun ouders het niet prettig vinden om tijdens de videochat in beeld te komen, dan dringen we daar niet op aan. Ook tegen collega’s zeggen we: let op wat je van je privéomgeving wilt delen.”
Het begint te wennen
“In de bovenbouwgroepen merken we dat kinderen steeds meer gaan wennen aan het online werken. Ze weten de leerkracht steeds beter te vinden, stellen meer vragen en gebruiken de chatfunctie van Google Hang Out om elkaar ook steeds meer te helpen.
Ik denk ook dat leerkrachten nu sneller wennen aan het lesgeven in een digitale omgeving. In de bovenbouw ontdekken ze al meer over hoe je gebruik kunt maken van digitale media om kinderen te laten samenwerken. En hoewel de jongere groepen dus nog vooral veel uit het boek doen, ervaren ook hun leerkrachten wat er mogelijk is. “Hé, het kan dus toch wel.”
Samenwerken voor de kinderen
“Op dit moment overheerst het gevoel in het team dat we echt samenwerken en samen dingen kunnen doen voor de kinderen. Dat is toch het allerbelangrijkste, de kinderen verder helpen. En dat we er samen voor kunnen zorgen dat wanneer de kinderen weer in de klassen zitten, we ze snel weer krijgen waar ze horen te zitten. Dat we dat met elkaar kunnen oplossen. Niet alleen in de school, ook door binnen de wijk met elkaar samen te werken met andere scholen en organisaties, precies zoals we vlak voor deze coronasluiting tijdens de studiedag hebben besproken.”
